De kredietcrisis: olievlek bereikt oliestaten

Het kan snel gaan: vorige week meldde de centrale bank van Koeweit dat er geen noodzaak was om garant te staan voor leningen van Koeweitse financials. Toch moest de overheid zondag in actie komen: de handel in aandelen van Gulf Bank, één van de grootste commerciële banken van Koeweit, werd opgeschort en de staat stelde zich garant voor tegoeden die bij de bank worden aangehouden. Verder is een overheidsfunctionaris aangesteld die de situatie bij Gulf Bank en op de geldmarkt dient te monitoren. De aanleiding? Gulf Bank moest bekennen verliezen te hebben geïncasseerd als gevolg van derivatenbeleggingen. Hoewel de bank niet onthulde hoe groot het verlies is, vermoedde een belangrijke bankier dat het bedrag zou kunnen oplopen tot $ 800 miljoen[1]. Overal in de Golfregio doen bankiers hun best om te benadrukken dat de blootstelling aan Westerse ‘rommelhypotheken’ zeer beperkt is en dat de kapitaalpositie van de banken in de Golf uitstekend is. Maar het debacle rond Gulf Bank doet beleggers de koude rillingen over de rug lopen: hoe hevig gaat de kredietorkaan huishouden in de Golfstaten?

Hoewel het mogelijk is dat de banken in het Midden-Oosten zich terughoudender hebben opgesteld ten aanzien van beleggingen in collateralized debt obligations (cdo’s), is het verklaarbaar dat ook in die regio slachtoffers van de kredietcrisis te betreuren zijn. Belangrijk aspect van deze crisis is immers de moeite die banken hebben om aan geld te komen. De min of meer vastgelopen geldmarkt vormt niet alleen een probleem voor banken die risicovolle hypotheekbeleggingen in portefeuille hebben: ook ‘schone’ banken plukken de wrange vruchten van het gebrek aan liquiditeit. In die zin is het niet verwonderlijk dat ook de Golfstaten hinder ondervinden van de kredietmalaise.

Vorige week werd bekend dat de overheid van Saoedi-Arabië, de grootste economie in het Perzische Golfgebied, $ 2 miljard tot $ 3 miljard heeft geïnjecteerd in het Saoedische bankwezen. Reden hiervoor was de moeite die de banken aldaar hebben om dollarfinancieringen rond te krijgen. Volgens plaatselijke mediaberichten injecteerde de Saudi Arabian Monetary Agency (SAMA) bedragen tussen $ 200 miljoen en $ 300 miljoen in verschillende banken. Een leidinggevende van een belangrijke bank in Riyad meldde: “Saudi banks are very well capitalised but it was hard for them to get dollars and other foreign currencies to trade on the international money markets.”[2]

In het kielzog van de garantieregeling, die de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) vorig week zondag introduceerden, heeft de SAMA besloten zich garant te stellen voor alle tegoeden die uitstaan bij de locale Saoedische banken. Daarnaast werd de rente verlaagd en is ook de reserve die banken dienen aan te houden neerwaarts bijgesteld. Banken in Saoedi-Arabië dienen voortaan 10% reserve aan te houden (in plaats van 13%). Door de laatstgenoemde maatregel zouden de banken beschikking hebben gekregen over $ 2,7 miljard aan extra liquiditeit, zo hebben economen becijferd.

Dubai onder druk

Dubai, één van de staatjes binnen de VAE, werd lange tijd door buitenlandse investeerders gezien als een veilige haven, een vastgoedparadijs dat immuun zou zijn voor de kredietcrisis. Inmiddels is de stemming in Dubai echter omgeslagen. Bedrijven in Dubai hebben torenhoge schulden vanwege de ambitieuze vastgoedprojecten die daar uit de grond gestampt worden. De leverage van door de overheid gedekte bedrijfsleningen in Dubai is inmiddels opgelopen tot een bedrag van circa $ 50 miljard, zo berekende Moody’s Investors Service. In perspectief: dit bedrag ligt hoger dan het bruto binnenlands product van Dubai in 2006. Een belangrijke vraag hierbij is, in hoeverre Dubai in staat zal zijn lopende leningen te herfinancieren. Dit jaar en volgend jaar lopen enkele buitenlandse miljardenleningen af. Dit zou er, volgens sommige bankiers, toe kunnen leiden dat Dubai bepaalde bezittingen moet verkopen om aan de betalingsverplichtingen te kunnen voldoen[3].

Merrill Lynch maakte maandag bekend de economische groeicijfers voor de Golfregio neerwaarts bij te stellen, zo valt te lezen op de website van Emirates Business[4]. Merrill Lynch verlaagde de verwachtingen vanwege de verslechterende globale economische omstandigheden en vanwege de dalende olieprijs. Volgens de bank hebben de Golfstaten een betere uitgangspositie dan veel andere landen, dankzij de vele oliedollars die zij in de loop ter tijd hebben vergaard, maar heeft de wereldwijde malaise ook consequenties voor de landen rondom de Perzische Golf. Merrill Lynch wees eveneens op de enorme schuldenlast die bedrijven in de VAE, en Dubai in het bijzonder, in de afgelopen periode hebben opgebouwd.

De toekomstige ontwikkeling van de olieprijs is van groot belang voor zowel Dubai als de overige staten in de Golfregio. Hierbij heeft Saoedi-Arabië de sterkste positie: zolang de olieprijs niet daalt tot onder $ 30 per vat, kan de Saoedische overheid het huidige uitgavenpatroon handhaven, dankzij de enorme geldreserves die in de afgelopen jaren zijn opgebouwd met olie-inkomsten. Ook in de VAE, waar Dubai onderdeel van uitmaakt, heeft men gespaard voor ‘magere oliejaren’: hier ligt het break even point op $ 40 per vat. De situatie in de Golfregio, hoewel verslechterd, is dus allerminst uitzichtloos.

Dit is ook de observatie van Jeffrey Culpepper, hoofd van de investeringspoot van Credit Suisse in het Midden-Oosten. Volgens Culpepper spreken zijn Arabische klanten nog steeds over verkopen van méér producten en het overnemen van concurrenten. Ambitieuze gesprekken, aldus de bankier: “Those conversations are not happening so much in New York and London.” Een terechte observatie, die niet alleen betrekking heeft op New York en Londen. In de afgelopen dagen zaten in Den Haag vertegenwoordigers van Aegon om de tafel met minister Bos. Ook daar was het gespreksonderwerp niet een ambitieus overnameplan. Integendeel, Aegon moest de hand ophouden bij de minister van Financiën: de verzekeraar kreeg van Bos € 3 miljard mee ter verbetering van de kapitaalpositie. En waar de Golfstaten tenminste nog kunnen terugvallen op hun royale voorraad oliedollars, rest Bos weinig anders dan de staatsschuld verder te laten oplopen.
Harm van Wijk

  • [1] Bron: Financial Times, 26 oktober 2008, http://www.ft.com/cms/s/0/79fb64a4-a35e-11dd-942c-000077b07658.html
  • [2] Bron: Financial Times, 21 oktober 2008, http://www.ft.com/cms/s/0/bcbf9d20-9f5b-11dd-a3fa-000077b07658.html
  • [3] Bron: Financial Times, 19 oktober 2008, http://www.ft.com/cms/s/0/b98263ae-9e02-11dd-bdde-000077b07658.html
  • [4] Bron: Emirates Business 24/7, 27 oktober 2008, http://www.business24-7.ae/articles/2008/10/pages/10192008_b66519441d50439da39855306a1f059d.aspx
0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.